Overzicht
lsattr wordt gebruikt om speciale attributen te controleren die op bestanden zijn toegepast op bestandsysteemniveau, zoals onveranderlijk (immutable) of alleen toevoegen (append-only). Deze attributen beheersen de wijziging of verwijdering van bestanden, los van de gebruikelijke bestandspermissies.
Belangrijkste kenmerken
- Controleert speciale bestandssysteemattributen
- Exclusief voor ext2/3/4 bestandssystemen
- Toont attributen ingesteld door chattr
Belangrijkste opties
Het commando lsattr wordt gebruikt om speciale bestandskenmerken te controleren en biedt enkele nuttige opties.
Weergave/Formaat
Gegenereerde opdracht:
Probeer de opdrachtcombinaties.
Uitleg:
`lsattr` Voer het commando uit.
Combineer deze opties en voer de opdracht virtueel uit met de AI.
Gebruiksvoorbeelden
Verschillende manieren om speciale attributen van bestanden en directories te controleren met het commando lsattr.
Attributen van bestanden in de huidige directory tonen
lsattr .
Toont de attributen van alle bestanden en directories in de huidige directory.
Attributen van een specifiek bestand tonen
lsattr my_important_file.txt
Controleert de speciale attributen van een opgegeven bestand.
Attributen van de directory zelf tonen
lsattr -d my_directory/
Controleert de attributen die zijn ingesteld op de directory zelf, niet de inhoud ervan.
Attributen van subdirectories recursief tonen
lsattr -R my_project_folder/
Toont recursief de attributen van de opgegeven directory en al zijn subbestanden en subdirectories.
Attributen tonen inclusief verborgen bestanden
lsattr -a .
Toont de attributen van alle bestanden in de huidige directory, inclusief verborgen bestanden.
Tips & Aandachtspunten
Handige tips en aandachtspunten bij het gebruik van lsattr.
Relatie met het commando chattr
De attributen die worden gecontroleerd met lsattr worden ingesteld met het commando chattr. Bijvoorbeeld, `chattr +i file.txt` maakt het bestand onveranderlijk (immutable), waardoor wijziging/verwijdering wordt voorkomen, en dit kan worden gecontroleerd met `lsattr file.txt`.
Belangrijkste attribuuttekens
Enkele belangrijke attribuuttekens die u kunt zien in de uitvoer van lsattr.
- i (immutable): Bestand kan niet worden gewijzigd/verwijderd. Zelfs de root-gebruiker kan het moeilijk wijzigen.
- a (append-only): Alleen toevoegen aan het bestand is mogelijk; bestaande inhoud kan niet worden gewijzigd/verwijderd.
- S (synchronous): Wijzigingen aan het bestand worden onmiddellijk naar de schijf gesynchroniseerd.
- j (data journaling): Bestandsgegevens worden gejournaliseerd (standaardgedrag in ext3/4).
Bestandssysteembeperkingen
De commando's lsattr en chattr werken alleen op Linux extended bestandssystemen zoals ext2, ext3 en ext4. Ze werken niet op andere bestandssystemen zoals XFS, Btrfs, NTFS, of vereisen andere tools.